Studenten van de TU Delft bouwen een vliegende boot op waterstof. Hiermee willen ze de maritieme industrie wakker schudden als het gaat om verduurzaming.
Een vliegende boot op waterstof, het klinkt spannend en dat is het ook. Hydro Motion, een studententeam van de TU Delft, onthulde deze maand haar splinternieuwe vaartuig. De studenten hebben gekozen voor een vliegend exemplaar. Dat is niet alleen heel indrukwekkend, het is ook nog heel efficiënt. Bij een snelheid van meer dan 25 kilometer per uur komt de boot gedeeltelijk uit het water. “De weerstand in de lucht is veel lager dan de weestand in het water, daardoor vaart een vliegende boot efficiënter dan een model dat in het water ligt”, verklaart Isabelle de Bruin, teamleider van TU Delft Hydro Motion Team.
Efficiëntie is key
Efficiëntie is heel belangrijk, want waterstof als brandstof voor boten staat nog in de kinderschoenen. De boot van de studenten vaart op groene waterstof. Dat betekent dat de waterstof is geproduceerd met duurzame elektriciteit uit bijvoorbeeld wind of zon. Het waterstofgas zit (onder hoge druk) in een tank aan boord van de boot. De waterstof wordt daar omgezet in elektriciteit om de motor aan te drijven. De boot stoot tijdens een vaartocht alleen water uit. Is de waterstof niet gemaakt met duurzame maar met fossiele energie, dan is er (indirect) nog steeds uitstoot van broeikasgassen.
Waterstof onmisbaar in energietransitie
De studenten denken dat waterstof een belangrijk element gaat zijn in het verduurzamen van de maritieme industrie. “Vooral voor lange afstanden is een waterstofboot veel geschikter dan een boot op batterijen”, stelt De Bruijn. De energiedichtheid van waterstof is namelijk hoger dan die van batterijen. “Voor een boot zoals wij nu hebben gemaakt, scheelt het de helft aan gewicht.” Accu’s zijn aanzienlijk zwaarder dan een waterstoftank, maar een waterstoftank is vaak weer groter dan batterijen. “Het is belangrijk om de voors en tegens goed om een rijtje te zetten. Wat de beste keuze is qua duurzame brandstof hangt ook af van het vaartuig, de afstand, de tijd en andere omstandigheden.”
Er is volgens teammanager De Bruijn nog veel ontwikkeling nodig om boten op grote schaal op waterstof te kunnen laten varen. Het gaat dan bijvoorbeeld om het optimaliseren van de tanks aan boord van een boot, maar ook om de infrastructuur rondom waterstof. “Voor auto’s is het op sommige plekken al mogelijk om waterstof te tanken. Voor boten is dat nog een stuk ingewikkelder.”
Industrie wakker schudden
Het belangrijkste doel van TU Delft Hydro Motion Team is om de grenzen van duurzame technologie steeds te verleggen. Het studententeam maakt al voor het derde jaar op een rij een boot op waterstof. De samenstelling van het team wisselt ieder jaar en elk team maakt een compleet nieuwe boot. Dit jaar bestaat het team uit 23 studenten van negen verschillende opleidingen binnen de TU Delft.
In de zomer doet het team mee aan de Monaco Energy Boat Challenge in de Open Sea Class. Hierin racen verschillende boten op duurzame brandstof tegen elkaar. “We willen natuurlijk kampioen worden”, lacht De Bruijn. Maar het gaat niet alleen om de winst. “Uiteindelijk vinden we de technische vooruitgang het belangrijkste. We willen grenzen blijven verleggen. Zo kunnen we uiteindelijk de maritieme industrie laten zien wat er allemaal mogelijk is.”