Part of the
4TU.
Health centre
TU DelftTU EindhovenUniversity of TwenteWageningen University
4TU.
Health centre
Close

4TU.Federation

+31(0)6 48 27 55 61

secretaris@4tu.nl

Website: 4TU.nl

LONGKANKER OPSPOREN MET ELEKTRONISCHE NEUS

Thursday, 13 October 2022
Is het mogelijk om aan uitademingslucht van mensen te ruiken of zij longkanker hebben? Sharina Kort, longarts in opleiding in MST, promoveerde onlangs aan de Universiteit Twente (Technisch Medisch Centrum) op haar onderzoek hiernaar.

Sharina Kort onderzoekt sinds 2015 de mogelijkheden van ademanalyse om de diagnose longkanker te kunnen stellen. In het onderzoek is een elektronische neus getraind om mensen met en zonder longkanker van elkaar te kunnen onderscheiden.

“Aan longkanker overlijden veel mensen. Dit komt grotendeels doordat het pas in een laat stadium ontdekt wordt, wanneer er vaak al uitzaaiingen aanwezig zijn en er geen genezing meer mogelijk is”, vertelt Sharina. “Daarom is ons onderzoek erg belangrijk, ook omdat het gericht is op niet-invasieve diagnostiek naar longkanker. Dat wil zeggen: een onderzoek dat niet gepaard gaat met een risico op complicaties en ook als minder vervelend wordt ervaren door een patiĂ«nt.”

De neus is in vier ziekenhuizen met 376 mensen getraind om longkanker in de uitademingslucht te herkennen. “Vervolgens hebben we dit in een nieuwe groep van 199 mensen bevestigd”, vertelt Sharina. “Als de neus aangeeft dat het gĂ©Ă©n longkanker is, kunnen we met 94% zekerheid daadwerkelijk zeggen dat de persoon geen longkanker heeft."

“Onderzoek met een e-nose zou een snellere, goedkopere, en minder vervelende manier kunnen zijn om longkanker op te sporen dan de huidige onderzoeken. Nu worden biopten (hapjes), uit bijvoorbeeld de longen, genomen,” vertelt Sharina. "Met e-nose onderzoek heb je snelle resultaten, waardoor de tijd waarin een patiĂ«nt in onzekerheid zit, korter wordt.”

Sharina: “De volgende stap is het bepalen waar in het onderzoekstraject de elektronische neus het beste ingezet kan worden en de meeste voordelen oplevert voor de patiĂ«nt. Dat zal in een vervolgonderzoek moeten worden uitgezocht.”